Wat jullie misschien niet van mij weten, is dat ik sinds een jaar of drie zo nu en dan wat nevenactiviteiten verricht voor onze lokale televisie. Heel eerlijk, ik ben daar geen glorende ster. Ondanks mijn rete-interessant bedachte vragen! Maar zogauw het voor het echie moet, ga ik nog weleens haperen. Van vloed naar eb, noem ik dat zelf.
Dat neemt allemaal niet weg. I know what I bring to the party. Met een camera op pad en daarna gezamenlijk zo’n item in elkaar draaien, ik heb er plezier in. En dat is precies wat ik mezelf heb toegezegd op de helft van mijn leven. Plezier.
Eenmaal opgenomen in de club, werd mijn bijdrage voor diverse evenementen verzocht. Waaronder Kunst10Daagse Bergen. Een gezellig camerateam, inclusief mijn gezellige zelf, kuierde langs Huize Glory tot aan De Voert en van het Plein tot aan Sluistuinen. Met camera op de schouder bleken wij gewaardeerde binnenkomers, voor wie alle tijd werd gemaakt. ‘U bent genoemd’, zeiden we dan bij vertrek.
Kunst van de bovenste- en eigenlijk elke denkbare plank. Bewonderen en verwonderen. Natuurlijk zijn er de productieve dorpsgenoten die hun perceel inrichten tot galerie om hun eigen interpretaties tentoon te stellen. Maar voor de gevestigde namen heet het werk, en zij die in de openbare ruimten exposeren, verwelkomen in die tien dagen hordes publiek uit de wijde omtrek. Willem Schotten is elk jaar opnieuw een must-see. Hij tovert juweeltjes van objecten uit spullen die jij in je kliko mietert of aan de weg zet. En Jos Apeldoorn, nog zo’n all-time favorite, beitelt aan boomstammen dat het een lieve lust is.
Met Berry Zeemensch stond ik een jaar geleden op de begraafplaats aan de Kerkedijk, waar hij zijn projecten exposeerde. Ons gesprek bereikte het woord ‘dood’ en precies op dat moment gierde een straaljager met een hellevaart over onze hoofden. En dan die keer dat edelsmid Arnold Bakker voor de ingezoomde lens een ring met edelsteen aan mijn vinger schoof. Nee, ik koester geen illusies, daarvoor schoof ie ‘m iets te snel weer terug.
En net toen ik dacht: ‘Kan het nog spannender?’, was daar Judith van Lunsen, oftewel Xerxa. Ze leidde ons langs haar kunstinstallaties in The Banque aan het Plein. Een ervan beeldde een golvend, extensief orgasme uit. Dat was mij er eentje. Judith dan. Tijdens het monteren van onze beelden, bleek de content te omvangrijk. Jammer. Judith was dé tegenhanger van de valabele deelname.
B&B In de Aap bood dat jaar een verrassend full programma met theatervoorstellingen van 20 minuten. Tussendoor stonden tapas en wijn klaar. Het was snel volgeboekt maar ik mocht nog aanschuiven. Als tegenprestatie zou ik wat bruisende foto’s van de avond maken. Daarvoor leende ik een zeer professionele, maar voor mij onbekende camera van een bevriende fotograaf. Note to self: nooit meer doen. Want ’s avonds thuis keek ik terug op een veelbewogen avond.
Bergen barst uit z’n voegen van de kunst, daar hebben we geen evenement voor nodig. En toch.. Een vol dorp met fietsende en wandelende mensen op zoek naar de vlaggetjes, het heeft iets. Volgend jaar zetten we de Kunst weer vol aan. Ik beloof het. En dan ga ik rete-intelligente vragen stellen. Ik denk niet dat het mij een media-award op gaat leveren. Maar het neemt niks weg. I know what I bring to the party.
Marion van Dam, gepubliceerd in Flessenpost uit Bergen, 29 oktober 2020